Anders werken, maar meer voldoening
Een beroep waarbij je écht bijdraagt aan iemands leven? Arta heeft het. Als wijkverpleegkundige bij Zorgfederatie Oldenzaal is ze dagelijks bezig met de zorgverlening voor cliënten, het coördineren van zorg en het meedenken over de toekomst via verschillende werkgroepen.
Gepubliceerd op 27-05-2025
Zo was Arta ook betrokken bij de start van VPT (nu bekend als Samenzorg) in haar organisatie. Want ook Arta ziet: langer thuis blijven wonen in combinatie met zelfredzaamheid levert veel op.
Arta’s werk bij Zorgfederatie Oldenzaal begon allemaal in 2016, toen ze voor een bijbaan naast haar studie solliciteerde. “Ik wilde later niet zozeer in de wijkverpleging werken. Maar uiteindelijk bleek het leuker dan verwacht. Het langdurig contact met cliënten is ontzettend gemoedelijk en ik kan echt iets betekenen voor iemand.” In 2018 - na het afronden van haar studie hbo Verpleegkunde - groeide Arta door als wijkverpleegkundige. In die rol haakte ze ook aan bij een werkgroep om Samenzorg (het oude VPT) te integreren in haar organisatie.
Van twijfel naar vertrouwen
“In het begin waren we als werkgroep sceptisch”, gaat Arta verder. “We wisten natuurlijk wel hoe urgent de veranderingen in de zorg zijn, want overal is een tekort aan personeel en plekken in een verzorgingshuis. Maar of Samenzorg nou echt een meerwaarde bood boven op de andere zorgvormen die we al hadden? Dat moesten we nog maar zien. En de ontwikkelingen in de zorg zijn natuurlijk veel groter dan alleen deze zorgvorm. Die vragen wat van ons allemaal.” Vorig jaar januari schakelden Arta en haar werkgroep een externe partij in om hierover mee te denken. Daarnaast liep ze een dag mee bij een andere zorgorganisatie om te kijken hoe Samenzorg daar werd toegepast. Arta: “Vorig jaar juli startten we al met de eerste cliënt en vanaf dat moment is het snel gegaan. Ik merk dat het ons veel oplevert, maar vooral de cliënt. Meer welzijnsuren, langer thuis wonen en dus zo lang mogelijk een eigen leven leiden.”
Meer tijd voor professionele zorg
De vergrijzing in de samenleving en het personeelstekort in de zorg zorgen ervoor dat zelfredzaamheid bij ouderen belangrijker is dan ooit. Dat vraagt om anders werken. Arta: “We kijken bijvoorbeeld eerst naar wat een cliënt zelf nog kan. Vervolgens naar de hulpmiddelen die we kunnen inzetten. Of misschien kunnen naasten, vrijwilligers of anderen uit het sociale netwerk wat betekenen. Zo werken wij bij Zorgfederatie Oldenzaal met welzijnsversterkers, een soort maatje voor de cliënt. Deze koppelen we aan een cliënt om te ontzorgen in welzijnstaken als een spelletje spelen of een korte wandeling doen. Dat is even schakelen, want als zorgprofessional ben je gewend om het voor de cliënt op te lossen. Maar als je duidelijke verwachtingen uitspreekt, creëer je wederzijds begrip.” Wat dat Arta oplevert? “Je hebt dan écht de tijd voor de complexere medische handelingen, in plaats van dat je steeds bezig bent met de kleinere zorgvragen. Op die manier kunnen we complexere zorg de aandacht geven die het nodig heeft.”
Door onze 'welzijnsversterkers' heb ik meer tijd voor de complexere medische handelingen, in plaats van dat ik steeds bezig ben met de kleinere zorgvragen. Op die manier kunnen we complexere zorg de aandacht geven die het nodig heeft.
Een gelukkige cliënt
Ontlast het Arta dan alleen in haar werk? Zeker niet. “Eigenlijk levert het de cliënten zelf het meeste op”, vertelt ze. “Zij blijven zelfstandiger en behouden de regie over hoe ze de dag invullen. Het is toch hartstikke fijn dat ze bijvoorbeeld met een hulpmiddel zelf de steunkousen uit krijgen en niet op ons hoeven te wachten?” Maar ook op sociaal vlak merkt Arta een wereld van verschil wanneer er een welzijnsversterker of naaste wordt ingezet. “Als maatschappij moeten we het met elkaar doen. Ik zie dat een cliënt helemaal opfleurt als er een naaste langskomt. Kleine dingen kunnen écht iemands dag maken. Uiteindelijk zien ook ouderen liever hun eigen kinderen langskomen dan een zorgprofessional. En ja… als je je vader of moeder beter in zijn of haar vel ziet zitten, dan word je daar zelf toch ook gelukkig van?”