Zelfredzaamheid begint bij sociaal contact

Als huisarts ben je nauw verbonden met de samenleving. Je ziet allerlei soorten zorg voorbijkomen en bouwt een band op met patiënten in de omgeving. Maar midden in de maatschappij staan heeft ook een keerzijde.

Gepubliceerd op 27-05-2025

(Door)verwijzer, consulent of samenwerkingspartner

Huisarts Anneloes Richters krijgt de druk op ziekenhuizen, ggz, huisartsen en de ouderenzorg van dichtbij mee. Ze vertelt meer over haar zorgen en hoe we als maatschappij elkaar móeten helpen.


“Vooropgesteld: ik vind mijn werk als huisarts echt geweldig”, begint Anneloes. “De patiënten zijn leuk, ik hou van huisbezoeken en ik hoor graag hoe de mensen leven. Ik heb nu 16 jaar een eigen praktijk en heb echt een band met patiënten opgebouwd.” Het mooie aan Anneloes’ werk is dat ze mensen ziet groeien en ouder worden. “Sommige patiënten die nu echt ‘oud’ zijn, ken ik nog van toen ze net opa en oma werden”, vertelt ze. “Ik ben op de hoogte van de gelukkige en minder gelukkige momenten in hun leven. Door die langdurige band ben ik gebrand om deze mensen voort te helpen."

Taak van de samenleving

Als huisarts behandelt Anneloes veel oudere patiënten. "Ook werkt onze praktijk nauw samen met Liberein. We doen één keer per week de huisbezoeken daar. Alle mensen die daar wonen, kunnen zich bij ons inschrijven. Dan komen we langs om (medische) vragen te beantwoorden en te kijken waarin we kunnen ondersteunen. Dat werkt heel mooi." Ondanks dat ze haar werk als huisarts fantastisch vindt om te doen, ziet ze ook dat de zorg niet meer hetzelfde is als dat het was. Voor Anneloes is dat ook schakelen. “Als ik zie onder hoeveel druk de ouderenzorg komt te staan, denk ik dat we geen keuze hebben in het stimuleren van zelfredzaamheid. Daarin hebben we als samenleving allemaal een aandeel. We moeten samen de schouders eronder zetten.”

Elkaar voorthelpen

Wat dat dan precies inhoudt? “Het zal er niet op neerkomen dat we als samenleving de professionele zorg moeten doen”, vertelt Anneloes. “Voor mij zit het ‘m meer in elkaar helpen een sociaal netwerk te behouden. Eenzame ouderen bellen bijvoorbeeld vaker de huisarts dan mensen die goed in hun vel zitten. De klachten stapelen zich namelijk sneller op als je je al niet goed voelt.” Dat baart Anneloes grote zorgen. Ze hoopt dat er geen groep over het hoofd wordt gezien. “Ik ben heel erg van: iedereen moet meedoen, maar dan moeten we het ook zo doen dat iedereen mee kán doen. Niet alleen de focus op de mensen die altijd vooraan staan, maar juist ook op de mensen die niet om hulp durven te vragen. De rol van naasten is daarin groot. En dat hoeven zeker niet altijd de kinderen te zijn. De buurvrouw van 70 die de buurvrouw van 90 mee naar buiten neemt of helpt met boodschappen doen, is net zo waardevol en belangrijk.” Anneloes benoemt dat we als bevolking anders moeten kijken naar onze verantwoordelijkheid als mens. “Kijk, iedereen wil graag zelfstandig blijven. Autonomie inleveren is gewoon verschrikkelijk. Ik denk dat ouderen het al goed doen op zelfredzaamheid, maar nét dat steuntje in de rug nodig hebben.”

De rol van naasten is groot. En dat hoeven zeker niet altijd de kinderen te zijn. De buurvrouw van 70 die de buurvrouw van 90 mee naar buiten neemt of helpt met boodschappen doen, is net zo waardevol en belangrijk.


Durf te helpen

Als we iets willen veranderen, moeten we de beweging al vroeg in gang zetten, vindt Anneloes. “Dat begint al bij onze kinderen, door hen te leren om te kijken naar je medemens. In zo’n individualistische samenleving heeft het onderwijs hier wellicht ook een grotere rol in. Je wilt uiteindelijk dat het ‘normaal’ wordt om in een gemeenschap te leven waarin iedereen voor elkaar zorgt.” Zo vindt Anneloes onderlinge samenwerkingen in de zorg ook belangrijk om de toekomst op een mooie manier vorm te geven. Haar samenwerking met Liberein is er daar een van. “Voor zo’n samenwerking moet je wel buiten je eigen belevingswereld kunnen kijken. Je écht verplaatsen in de behoefte van de ouderen.” Dat is ook wat ze aan iedereen wil meegeven. “Verplaats je in de ander, kijk naar wat jij voor iemand kunt betekenen én vergeet ook niet de mensen die hun vinger niet kunnen opsteken. Iedereens rol in de samenleving mag er zijn en is belangrijk.”